Het orgel
Geschiedenis
Voor dit artikel is o.a. gebruik gemaakt van gegevens uit het boek 'De orgelmakers Witte', geschreven door dr. Teus den Toom en de uitgave ‘Nieuwe klanken over Wateringen’ uit 1979, waarin wordt verwezen naar het boek ’De Nederlandsche Stad- en Dorp-beschrijver’ van Lieve van Ollefen, deel II (Delfland). Daarin schrijft hij in 1793, dat er in de kerk tegen de toren nog een overblijfsel is van een orgel en dat op de plaats, waar het geweest is, men nog beschreven kasten ziet. Hij vermeldt ook nog, dat er in deze kerk een goede gelegenheid is om een orgel te plaatsen en aangezien er behoefte is aan een orgel, gaat in het voorjaar van 1873 deze lang gekoesterde wens in vervulling. Door een legaat van Hfl. 6.000, -- (alleen de rente van het legaat zal vrij besteedbaar zijn) van de heer W. Kamphof uit Rotterdam, besluit de kerkvoogdij advies in te winnen bij J.A.Klerk, organist van de Oude Kerk te Delft. Zonder voorbehoud beveelt hij J.F. Witte aan.
Op 27 mei 1873 dient J.F. Witte twee ontwerpen in:
1. Ontwerp voor een klein orgel met één manuaal, met een dispositie gelijk aan die in de Schoolstraat -kerk te Delft voor de prijs van Hfl. 2.400,-- 2. Ontwerp voor een groter, voor Wateringen 'doelmatiger ' orgel met twee manualen en een dispositie gelijk aan de Wester-/Prinsenkerk te Rotterdam. Prijs Hfl. 3.400,00 exclusief transport en Hfl.3.500,-- inclusief transport. De kerkvoogdij kiest op 10 juli 1873 voor het tweede ontwerp. De ondertekening van het contract vindt plaats op 16 september 1873. Pieter v.d. Plas verstrekte een renteloze lening van Hfl. 3400,-- en het oxaal, dat het orgel draagt, werd bekostigd uit de opbrengst van een intekenactie onder de gemeenteleden. Het orgel zal de navolgende dispositie krijgen:
Manuaal I (1e klavier): Prestant 8vt, Bourdon 16vt, Octaaf 4vt, Doublet 2vt, Cornet en Trompet 8vt.
Manuaal II (2e klavier): Viola 8vt, Fluit 4vt en Holfluit 8vt.
Pedaal: aangehangen (Bourdon 16vt spreekt permanent in het pedaal).Prijs Hfl. 3.400, --, te betalen wanneer het orgel is voltooid. Voor rekening van de opdrachtgever zijn de kosten van het maken van de orgeltribune, het schilder- en verguldwerk en het transport van zowel het orgel als de nodige kisten en werktuigen. In augustus 1874 wordt het orgel per schip naar Wateringen vervoerd. Na wat vertragingen en tegenslagen kan op zondag 1 november 1874 tijdens de middagdienst het orgel in gebruik genomen worden met een op Psalm 150 vers 4b gebaseerde rede van ds. J.G.van Walsum. Klerk begeleidt de gemeentezang. In 1937 zal de firma G.van Leeuwen & Zonen een wijziging en uitbreiding realiseren. Het front wordt met twee zijvelden uitgebreid (materiaal afkomstig van het voormalige Witte-orgel uit de Westerkerk te Rotterdam, door van Leeuwen in 1936 overgebracht naar het Emmahuis in dezelfde plaats).
Dispositiewijzigingen: - uitbreiding manuaal II met een Woudfluit 2vt (op een pneumatische lade); - vervanging Cornet en Doublet manuaal I door een Mixtuur-Cornet 3-4-5 sterk; - uitbreiding pedaal met een Subbas 16vt (pneumatisch); - uitbreiding manuaal I met een Roerfluit 8vt. Uit een later dispositie-overzicht blijkt dat reeds vóór 1937 een Roerfluit 8vt aan manuaal I werd toegevoegd.
In 1959 wijzigt A.Bik de dispositie als volgt: - Vervanging Bourdon 16vt door een Sesquialter 3 sterk discant (samenstelling 2 2/3 1 3/5 en 1 1/3) - De Cornet vervalt, de Mixtuur wordt doorlopend. - Aan het groot octaaf van de Mixtuur wordt een extra koor toegevoegd; - Het pedaal wordt uitgebreid met een Fagot 16vt.
P.C.Bik voert in 1964 renovatie en wijzigingen uit. Het orgel wordt uitgebreid tot een instrument met 19 registers en twee transmissies. Het front wordt vervangen door een eigentijdse fantasie-oplossing (zie foto). Van het Witte-orgel blijven 6 registers bewaard (Prestant 8vt, Octaaf 4vt, Trompet 8vt, Viola 8vt, Holfluit 8vt en Fluit 4vt), alsmede de registerknoppen en de claviatuur. Mogelijk is bij deze wijziging (of eerder) de Witte-lade vervangen.
Op 11 januari 1984 is er de ingebruikneming van het door Koch Orgelbouw B.V. uit verschillende bestanddelen samengestelde orgel. Het geheel (28 stemmen) is geplaatst in de kas van het door Standaart in 1914 gemaakte orgel voor de Nieuwe Kerk te Vlaardingen (zie foto links). Registerknoppen en claviatuur van Witte werden niet gebruikt (en zijn spoorloos verdwenen). De volgende delen van registers van Witte bleven bewaard:
- Prestant 8vt C t/m e (0) in Prestant 8vt pedaal, f(0) t/m f als F t/m f in Koraalbas 4vt pedaal; - Octaaf 4vt (op manuaal I); - Trompet 8vt (op manuaal I, stevels gewijzigd); - Viola 8vt (als Gamba 8vt op manuaal II); - Holfluit 8vt (als Holpijp 8vt op manuaal II); - Roerfluit 4vt (als Fluit 4vt op manuaal II)
Klik hier om een uitvoerige beschrijving te lezen van de totstandkoming van het huidige orgel.
Toch waren er na een aantal jaren weer stemmen en wensen om het pijpwerk ook nog te restaureren en hier en daar wat aanpassingen en verbeteringen aan te brengen.
De firma Scheuerman uit Rotterdam heeft dit orgel in de loop der jaren grondig verbeterd door de windvoorziening goed aan te passen en de intonatie van het orgel zo te verbeteren dat de klank weer optimaal is.
In 2003 heeft het orgel wederom een grote onderhoudsbeurt gehad en is het hoofdwerk uitgebreid met een Fagot 16'. Ook deze werkzaamheden werden tot volle tevredenheid uitgevoerd door de firma Scheuerman uit Rotterdam. Kort voor de start van de grote onderhoudsbeurt in 2014 door de firma Scheuerman, is de eigenaar en orgelbouwer H. Scheuerman overleden. Zijn bedrijf is overgenomen door de firma J. v.d. Heuvel uit Dordrecht. Voor de grote onderhoudsbeurt in 2014 is in 2013 een actie gestart, die met giften en donaties van particulieren en instellingen meer dan € 35.000,-- heeft opgebracht. Dit werk waarbij o.a. het mechaniek van de speeltafel werd vernieuwd, is uitgevoerd door de Fa. J. v.d. Heuvel uit Dordrecht.
De dispositie is nu als volgt:
HOOFDWERK
|
BOVENWERK (IN ZWELKAST)
|
Prestant 16’ in front
|
Holpijp 8’ (Witte)
|
Prestant 8’
|
Gamba 8’ (Witte)
|
Roerfluit 8’
|
Vox celeste 8’
|
Fluit 4’
|
Roerfluit 4’ (Witte)
|
Octaaf 4’ (Witte)
|
Nasard 2 2/3’
|
Quint 2 2/3’
|
Prestant 4’
|
Octaaf 2’
|
Woudfluit 2’
|
Mixtuur 4,5 st.
|
Sifflet 1’
|
Cornet 4’ op verhoogde stok
|
Terts 1 3/5’
|
Sesqualter 2 st.
|
Dulciaan 8’
|
Trompet 8’ (Witte)
|
|
Fagot 16’
|
|
|
PEDAAL
|
Prestant 16’ van hout
|
Subbas 16’
|
Gedekt 8’
|
Octaafbas 8’ (Witte)
|
Octaafbas 4’ (Witte)
|
Bazuin 16’
|
Trompet 4’
|
|
Het orgel heeft het mechanische sleepladensysteem. De speeltafel bestaat uit 2 klavieren en pedaal met 35 registers en 29 zelfstandig sprekende stemmen.
De klavieromvang loopt van C gr. tot F" Het pedaalklavier loopt van C gr. tot F'
Verder zijn er nog de volgende speelhulpen:
Pedaal-Hoofdwerk koppel Pedaal-Bovenwerk koppel Hoofdwerk + Bovenwerk koppel Tremulant Hoofdwerk Tremulant Bovenwerk Calcant (Motor en licht)
Organisten in de Hervormde kerk in Wateringen
1874 - 1879 : Willem van Geest en Cornelis van Spronsen 1879 - 1927 : Jeroen de Zoete Sr. (was 15 jaar toen hij organist werd) 1927 - 1938 : Cornelis de Zoete 1938 - 1968 : Jochem Vellekoop* 1968 - 1974/1985 : Aad Zoutendijk en Frans Groen 1974 - heden : Jan van Westenbrugge en Christine Bosma (2e organist sinds 1985)
* Was vanaf 1927 de 2e organist, maar officieel bestond deze functie niet. Officieus wel, want in 1967 werd hij gehuldigd in verband met zijn 40-jarig jubileum.
|